UK herinnert: “Huurwaarborg op rekening is 2 maanden”

De Uitvoerende Kamer (UK) besliste onlangs een waarschuwing toe te kennen aan een vastgoedmakelaar die een huurwaarborg van 3 maanden vroeg voor 15 huurwoningen in zijn portefeuille. De Kamer liet bij haar beoordeling van de feiten duidelijk verstaan dat wie dergelijke huurwaarborg vordert van kandidaat-huurders, wel degelijk een deontologische overtreding begaat door enerzijds de keuzevrijheid van de huurder te beperken en door anderzijds de huurwaarborg hoger te leggen dan de wettelijk voorziene 2 maanden. Die praktijk vormt wel degelijk een deontologische overtreding. Artikel 1 van de BIV-plichtenleer bevat immers de algemene verplichting dat de vastgoedmakelaar de wettelijke bepalingen betreffende de uitoefening van het beroep, zoals ook de huurwetgeving, dient te eerbiedigen. Dat het een bediende was die in de fout ging, blijkt nogmaals geen aanvaard excuus.